QuaranTalk (23)

Met aan het woord Harry Tels, die de club al 50 jaar lang erg goed kent

In deze tijden van rust en stilte op de Diepput en in de vereniging reist de webredactie stad en land af om interviews af te kunnen nemen van leden en andere betrokkenen van de club.


Aan het woord in deze aflevering
Harry Tels, de luchtvaart man die nu tijdelijk aan de grond moet zitten. Maar zijn liefde voor sport, zowel actief als passief (Feyenoorder pur sang), nog niet is verloren.

 

Heeft u vragen of opmerkingen over deze serie? Laat het ons weten via webredactie@konhcvv.nl

 

Webredactie Koninklijke H.C. & V.V.

 

1) Kun je iets over jezelf vertellen?

Ik ben net zestig jaar geworden en ben tot mijn eer en genoegen al ruim vijftig jaar lid van de club, speel sinds mijn negende voor HVV, sinds mijn zestiende voor HCC en heb ook nog een aantal jaar op de club gesquasht. Ik ben in de buurt opgegroeid, ging weleens op Wolters, Waalsdorp en het HML naar school, woon bij de club om de hoek en werk in de luchtvaart.

 

2) Op welke manier kennen de leden van de vereniging jou?

Ik hoop natuurlijk als onvolprezen linkspoot met een fantastische techniek, een strakke voorzet en een vlammend schot. En als allrounder met het hoogste batting gemiddelde aller tijden in testcricket, winnaar van de Creme prijs en de Tonnie de Beus beker. Maar waarschijnlijk kennen diegenen, die al wat langer lid zijn, mij als speler, teamgenoot, elftal- en tourleider, als winnaar en topscorer bij de sixes, als bijna-winnaar van pub- en voetbalquiz met te weinig vragen over Feyenoord en heel waarschijnlijk kennen de jongere leden mij helemaal niet.

 

3) In hoeverre had je gedacht dat deze Corona epidemie zo’n invloed zou hebben op het leven in Nederland in het algemeen en op sport en onze vereniging in het bijzonder?

Ik was het Corona virus en bijbehorende misère door mijn werk in China en Hong Kong tegengekomen, al ruim voordat het Europa bereikte. Het heeft mij, mede gezien vorige crises,  verbaasd dat de WHO er geen mogelijke pandemie in zag en dat wij op het oog zo lang hebben gewacht voordat we adequate voorbereidingsmaatregelen hebben genomen.

 

Omdat dit een ‘nieuw’ virus is en er nog geen passende bestrijdingsmiddelen bekend zijn is het begrijpelijk en verstandig om alle voorzichtigheid te betrachten. Maar dat het zo’n impact op ons dagelijks leven zou hebben had ik nooit gedacht. Met name sommige maatregelen, die we niet hebben genomen, hebben me verrast. Mede gezien de manier waarop bijvoorbeeld Hong Kong deze en vorige crises redelijk succesvol te lijf is gegaan.

 

4) Wat doen jij en je eventuele naasten om de crisis het hoofd te bieden (sportief /  privé / zakelijk)?

Mijn werk in de luchtvaart ligt voorlopig tot 1 juni stil en dat zal ook daarna waarschijnlijk nog wel even zo blijven. Het is ook maar de vraag of mijn baas zo meteen niet liever van oudjes zoals ik af wil.

 

Privé doe ik waarschijnlijk wat de meesten van ons doen. Verstandig met de nieuw ontstane situatie omgaan, me netjes houden aan de 1.5 meter maatschappij en me niet ergeren aan dingen waar ik toch geen invloed op heb.

 

Sportief is het misschien nog het lastigst. Sport beoefenen kan even niet, maar ik volg veel theorieles via de bekende sportkanalen op televisie.

 

5) In hoeverre wijkt dat af van het leven wat je ervoor leidde?

Je spreekt mensen meer dan je ze ziet, je moet de gevolgen van je doen en laten zo mogelijk nog meer in de gaten houden. Je bent natuurlijk beperkter in je bewegingsvrijheid en je omgang met mensen.

 

Het zelf een balletje trappen en op woensdag dineren met Veteranen B, naar het Eerste gaan kijken, de tweewekelijkse visite aan De Kuip en het balletje golf zijn tijdelijk vervangen door het kijken naar de herhalingen van fantastische overwinningen van Feyenoord en enorme nederlagen van 020.

 

6) Op welke wijze zouden leden en andere betrokkenen bij de vereniging jou, andere leden of de club kunnen ondersteunen?

Één van de dingen waar wij als club juist zo goed in zijn is het klaar staan voor mekaar in goede en in slechte tijden. Daarin zijn wij heel bijzonder. Het helpt natuurlijk dat het Benoordenhout en met name de club een heel hechte gemeenschap is. Mijn clubvriendjes en ik bellen mekaar, houden mekaar in de gaten en zorgen waar nodig voor mekaar. Ik twijfel er niet aan dat dit voor alle leden van de club en hun ouders opgaat.

 

Juist nu zouden we misschien nog meer moeten denken aan niet-spelende- en oud-leden, donateurs, oud-trainers en -medewerkers en hun familie en al diegenen die we misschien wat minder vaak spreken of zien. Hoe is het met de kinderen van de Bernardus school en kunnen we ze op de een of andere manier helpen? Hoe is het met de bedrijven van de Business Club?

 

7) Veel TV-programma’s grijpen deze tijd aan om stil te staan bij een gedenkwaardige gebeurtenis uit een (verder) verleden. Welke gebeurtenis op de club (sportief of anderszins) zou jij onder de aandacht willen brengen?

Veel van mijn herinneringen zijn natuurlijk nog uit de zwart-wit tijd van de televisie en dan denk ik aan clubavonden met films van Otto Milo en het wielrennen o.l.v. Jan Kruseman tegen Sparta, de zondagochtend met Chris van Heteren en Robert-Hans Hafkemeijer en er is geloof ik nog een avondvullende film van mijn bowlen in de test tegen CCG.

 

Misschien staat de prijsuitreiking na de sixes wel bovenaan, waar Ir. Cees Meijer altijd op een gammele stoel werd gehesen. Waarbij hij ons dan in een vlammend betoog de geschiedenis van deze unieke traditie vertelde en de oorsprong van de eerste prijs, een biertje en een worstje voor de spelers van het winnende team, onthulde.

 

De sixes kenden hun oorsprong in een periode van tegenspoed en dat indachtig maak ik me sterk dat er straks ook een of ander evenement om een kratje Corona zal worden georganiseerd.

 

(noot webredactie: klik hier om het verslag van Kerst sixes van 25 december 2011 nog een keer te lezen, met beelden van de eerste prijs: bier en worst)

 

8) Met wie zou jij het eerste drankje willen nuttigen wanneer het clubhuis weer wordt opengesteld? Waarom?

Ik hoop in ieder geval dat voorzitter Jeroen Smits ceremonieel de club open knipt en dat ik dan een biertje mag drinken met ons erelid meneer (Hubo) Vermeulen. Na al die jaren mag ik hem ‘erelid’ noemen en noemt hij mij ‘vedette’. Met zijn perceptie is dus helemaal niets mis.

 

9) Heb je nog een algemene tip, advies of wijze raad aan onze leden en andere betrokkenen? 

Maak er wat leuks van!

 

Archief verenigingsjaar 2019-2020 Overzicht